Klimaatverbond Nederland (KVN) constateert dat teveel klimaatrisico’s onvoldoende in beeld zijn bij gemeenten. Met name de gevolgen van hitte, droogte en extreem weer zijn te weinig bekend. Er is bovendien te weinig capaciteit bij gemeenten om deze risico’s in kaart te brengen en om actieplannen te ontwikkelen om ze te beperken.

In het voorjaar van 2015 heeft KVN 85 gemeenten uitvoerig gesproken over hun klimaatadaptatiebeleid. Niet eerder is op deze schaal in Nederland zo’n onderzoek uitgevoerd. Stephan Brandligt, voorzitter van KVN: “We zien dat nog niet de helft van de gemeenten (44%) geïnvesteerd heeft in onderzoek naar de lokale risico’s van klimaatverandering. De gemeenten die het wel hebben gedaan, keken vooral naar water gerelateerde risico’s en de gevolgen daarvan voor de ruimtelijke ontwikkeling. Terwijl risico’s van hitte voor met name oudere mensen, de gevolgen van droogte voor bosbranden, tekenplagen, maar ook de veiligheid en gezondheidsrisico’s van extreem weer zoals zomerstormen aan de orde zijn.”

Tweederde van de gemeenten stelt dat er te weinig capaciteit is (mensen, middelen en kennis) om de vele mogelijke gevolgen van klimaatverandering aan te pakken. Dat komt onder meer doordat het gevoel van urgentie ontbreekt, stelt eveneens tweederde van de ondervraagde gemeenten. Brandligt: “Op dit moment wordt door de overheid de Nationale Adaptatie Strategie ontwikkeld. Ons onderzoek laat zien dat we nog maar aan het begin staan van serieus nationaal klimaatadaptatiebeleid. Veel klimaatrisico’s manifesteren zich lokaal en decentrale overheden hebben een belangrijke rol om de gevolgen voor klimaatverandering te beperken. Er moeten dan wel meer middelen bij om decentrale overheden in staat te stellen een veilige, klimaatbestendige leefomgeving te kunnen borgen.”