Op 31 december 2011 loopt officieel het Klimaatakkoord af dat de Nederlandse gemeenten in 2007 met het Rijk afsloten. Sjaak de Ligt, die tot voor kort als plaatsvervangend secretaris actief was voor het Klimaatverbond, blikt terug op de rol die het Klimaatakkoord heeft gespeeld, terwijl de nieuwe secretaris Christian Verberne zijn visie geeft op de huidige focus van het Klimaatverbond.

“Het Klimaatverbond heeft een cruciale rol gespeeld bij de totstandkoming van het Klimaatakkoord”, zegt De Ligt, die samen met voormalig secretaris Lianda Sjerps jarenlang de drijvende kracht vormde van het Klimaatverbond. “Met Jacqueline Cramer kwam er in 2007 een minister die afspraken wilde maken met industrie en lagere overheden om doelstellingen vast te leggen voor de reductie van CO2-uitstoot op Nederlands grondgebied. Het Ministerie van VROM en de VNG gingen daarop in overleg om tot een akkoord te komen en benaderden het Klimaatverbond voor advies. Dat was een mooie positie voor het Klimaatverbond, dat openlijk als derde partner aan tafel zat en ook toen al gold als dé deskundige op het gebied van klimaat, energie en duurzaamheid bij lagere overheden. Ik mag daarom wel stellen dat negentig procent van het Klimaatakkoord is ontstaan op basis van de inbreng van het Klimaatverbond. Er had nog meer ingezeten, maar uiteraard moesten er nog andere beleidsvelden met wisselgeld worden uitonderhandeld.”

Omdat papier echter geduldig is, vormden VROM, VNG en het Klimaatverbond vervolgens gezamenlijk een stuurgroep om toe te zien op de daadwerkelijke uitvoering van het akkoord. Rond vijf thema's werden werkgroepen in het leven geroepen, bestaande uit deze drie partijen en beleidsambtenaren van voorlopende gemeenten. Wethouders werden vervolgens aangezocht om als ambassadeur het gezicht van een thema te zijn. “Deze ambassadeurs hebben heel veel voor elkaar gekregen”, vervolgt De Ligt. “Gemeenten zijn uitgedaagd en aan de slag gegaan met de in het Klimaatakkoord geformuleerde doelstellingen. Tijdens de gemeenteraadsverkiezingen van maart 2010 bleek dan ook dat negentig procent van alle gemeenten energie- of klimaatdoelstellingen had opgenomen in de Collegeakkoorden.”

ntRegionale samenwerking

Christian VerberneTijden en mensen veranderen. Gemeente Apeldoorn heeft de afgelopen dertien jaar de kar van het Klimaatverbond getrokken en gaf onlangs het stokje over aan gemeente Zaanstad. Namens deze gemeente is Christian Verberne sinds 1 november de nieuwe ambtelijk secretaris van het Klimaatverbond en volgt daarmee Sjaak de Ligt op. “Het is duidelijk dat de politieke context op dit moment anders is en er minder geld beschikbaar is voor klimaat en duurzaamheid”, zegt Verberne over de huidige tijdsgeest. “De betrokkenheid voor het klimaat is verschoven van de politiek naar de maatschappij. Ook de focus van het Klimaatverbond is daardoor anders komen te liggen, maar ik ben zeker niet in mineurstemming. Wat ik namelijk wél zie is dat de klimaatdoelstellingen van gemeenten steeds meer verweven zijn geraakt met andere gemeentelijke doelstellingen.” Verberne benadrukt de noodzaak om regionale samenwerking tussen gemeenten van de grond te krijgen. “Kleinere gemeenten hebben het altijd al moeilijker gehad dan grotere gemeenten om richting en uitvoering te geven aan hun klimaatbeleid. Ook in de tijd dat er nog SLOK-gelden beschikbaar waren. Behalve financiële middelen zijn hier namelijk ook voldoende tijd en kennis op veel deelgebieden voor nodig. Grotere gemeenten kunnen kleinere gemeenten hierbij helpen. Klimaatbeleid houdt niet op bij de gemeentegrens, dus het is voor grotere gemeenten ook niet mogelijk om hun klimaatdoelstelling te realiseren binnen de eigen gemeentegrenzen. Door samen te werken en menskracht te bundelen, kunnen kleinere gemeenten aanhaken. Juist het Klimaatverbond kan hierbij een bemiddelende rol spelen. We kunnen wel eindeloos blijven praten, maar Klimaatakkoord of geen Klimaatakkoord, we moeten het gewoon gaan dóén en samen aan de slag gaan.”